Op basis van de Theory of Change (ToC) (Snel 2013) zal het huidige behandelaanbod geëvalueerd worden. Een ToC evaluatie expliciteert en toetst de inhoudelijke veronderstellingen achter de werkwijze, evalueert de effecten waarbij het er niet alleen om gaat ‘wat’ het effect is, maar tevens om ‘hoe’ het behaalde effect bereikt is. Omdat een ToC evaluatie een participerende evaluatie is en dichtbij de praktijk staat, brengt deze een collectief leerproces op gang bij alle betrokkenen, waarbij de inzichten en resultaten direct de praktijk beïnvloeden en tot verbetering kunnen leiden.

Het onderzoek is deels theory-testing, het toetsen van de praktijk aan de theorie. Er wordt in beeld gebracht welke behandeling de cliënten daadwerkelijk krijgen aan de hand van dossierstudie en multiple casestudies. De vraag hierbij is: Voldoet de behandeling aan de ‘eisen’ die er vanuit de literatuur gesteld worden? Dit wordt bepaald met behulp van een literatuurstudie. Deze resultaten worden vervolgens voorgelegd aan een focusgroep met experts om te beoordelen of deze werkwijze en de geboden interventies de juiste zijn voor deze gezinnen. Tevens wordt middels multiple casestudies een begin- en eindmeting (T 0 -> T1) gedaan naar de resultaten. Op deze wijze wordt er zowel gebruik gemaakt van de daadwerkelijke effecten (namelijk verbetering op T1 ten opzichte van T0), de vraag of het aanbod daadwerkelijk aansluit bij de problemen en behoefte zoals die door de cliënt en naasten worden ervaren, de huidige stand van de wetenschap en het oordeel en de kennis van de experts of dit het juiste aanbod was voor deze gezinnen.

In de opzet van dit onderzoek wordt de werkwijze gevolgd volgens de stappen die leiden tot Evidence Based Medicine (van der Zwet, 2017). Via een literatuurstudie wordt onderzocht aan welke ‘eisen’ of ‘condities’ een behandeling voor deze doelgroep zou moeten voldoen, òf en hoe dit in de praktijk wordt toegepast (dossierstudie), wat de mening is van clinici en experts (interview/focusgroep) en in hoeverre dit aansluit bij de context en wensen van de cliënt (interview en vragenlijst naaste). Bij het ontwikkelen van effectieve programma’s zijn dit de essentiële invalshoeken waaraan een programma getoetst dient te worden (Snel, 2013).